Leen Van Tichelen

Mijn 15 stukken grond, 2013, Kraft paper, 7.5 × 7.5 m

2015
ENG / NL
READ ↓

[ENG]

You will be brought on a fal­se trail when vie­wing Mijn 15 stuk­ken grond’. The mono­chrome aspect may sug­gest a sta­te of tran­qui­li­ty and rest, but the work is in fact the result of a very and boi­sterous acti­vi­ty. A grin­ding in the head that trans­la­tes into eli­mi­na­ti­on, pro­ces­sing, step­ping back and forth, san­ding, lin­ge­ring, hop­ping around, plodding.

The work is that of some­bo­dy figh­ting with mat­ter and loo­king for extre­me, far-rea­ching effects. Her ide­as and ini­ti­al thoughts may seem hea­vy, but are phy­si­cally pro­ces­sed, trampled and wal­ked on. Van Tichelen oppo­ses the cult of aes­te­ti­ci­sa­ti­on which con­sists in put­ting lay­er upon lay­er of var­nish. Her work trans­la­tes into dif­fe­rent sta­ges of pee­ling off, cut­ting and wea­ring off, after which the ele­ments are re-com­bi­ned into a har­mo­nic and light-foot­ed whole.

In its pro­saic con­text a Stuc Carpet is a pro­duct made of strong paper with a plas­tic lay­er of PE on both sides. The stuc carpet/​tetra car­ton is water repel­lent and pro­tects the surfa­ce. Thanks to its excel­lent moi­stu­re and impact resis­tan­ce, the posi­ti­ve fea­tu­res of the standard pro­tec­ti­on pro­ducts such as card­board, foil and con­struc­ti­on car­pet are com­bi­ned into one: stuc carpet/​protection carton/​tetra carton.

The run­ner ini­ti­al­ly inten­ded to pro­tect the area against paint splas­hes, beco­mes with Van Tichelen liter­al­ly the artis­tic path and cre­a­ti­on field.

Looking at this art­work invi­tes you to reflect on a per­so­nal route.

© Isolde De Buck, Foundation Liedts-Meesen

[NL]

Je wordt op een vals spoor gebracht bij het bekij­ken van Mijn 15 stuk­ken grond’. Het mono­chro­me ver­leidt tot een ver­moe­den van rust, bewe­ging­loos­heid, maar dit werk is de neer­slag van een vin­ni­ge en onstui­mi­ge bedrij­vig­heid. Een malen in het hoofd, een weg­wer­ken, ver­wer­ken, heen en weer stap­pen, schu­ren, dra­len, hup­pe­len, ploeteren.

Het is het werk van iemand die de mate­rie uit­diept en zoekt naar ver­re­gaan­de, extre­me effec­ten. Haar denk­beel­den en ini­ti­ë­le gedach­ten kun­nen zwaar zijn, maar wor­den fysiek ver­werkt, ver­trap­peld en belo­pen. Van Tichelen gaat in tegen de cul­tus van het esthe­ti­se­ren waar­op laag na laag ver­nis wordt gelegd. Haar werk ver­taalt zich in ver­schil­len­de etap­pes van afpel­len, ver­knip­pen en ver­we­ren om nadien te mon­den in een har­mo­nisch en licht­voe­tig geheel.

In zijn pro­za­ï­sche con­text is een stu­clo­per gemaakt van een sterk papier­soort in com­bi­na­tie met op bei­de zij­den een laag PE kunst­stof. De stucloper/​tetrakar­ton is water­af­sto­tend en beschermt de onder­grond opti­maal. Door de uit­ste­ken­de vocht­bestendigheid en stoot­vast­heid zijn de posi­tie­ve eigen­schap­pen van de stan­daard bescher­mings­pro­duc­ten zoals kar­ton, bouw­fo­lie en tapijt samen­ge­voegd in één: stu­clo­per / pro­tec­tie­kar­ton / tetrakarton.

De voet­lo­per of stu­clo­per die ini­ti­eel bedoeld was om de ruim­te tegen schil­der­res­ten te behoe­den, wordt bij Van Tichelen let­ter­lijk het artis­tiek pad en creatieveld.

Dit kunst­werk nodigt uit om stil te staan bij een per­soon­lijk traject.

© Isolde De Buck, Foundation Liedts-Meesen